Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zij vonden vette en goede weide, en een land, [52]wijd van begrip, en stil, en gerust; want [53]die van Cham woonden daar tevoren. 52. Hebreeuws, wijd van handen. 53. Dit woord hier bij gezet, om te tonen dat de Israelieten recht en reden hadden deze steden in te nemen en de oude inwoners daaruit te drijven, te weten, omdat de nakomelingen van den vervloekten Cham die hadden ingenomen. Zie van Cham Gen.9:25.